Lang geleden, op een mooie zomerdag rijden mijn collega en ik over een bosweg. We komen langs prachtige huizen en boerderijen met mooie tuinen. Plotseling wordt onze rust verstoord en worden we ingehaald door een auto. De bestuurder toetert luid als hij ons passeert; het is duidelijk dat hij ons iets wil vertellen.
We zetten de auto aan de kant. De bestuurder komt op ons af gerend. Hij is behoorlijk overstuur en toont ons een legitimatiebewijs van de Algemene Inspectiedienst. Hij roept: “Daar, daar bij die boerderij…een zwarte beer. Kom snel mee.”
Hij wijst naar de boerderij waar we net langsgereden zijn. We weten dat die boer nogal eigenaardige dieren rond heeft lopen. Als hobby uiteraard. Zo heeft hij een bok met maar één hoorn, een ezel met een hangend oor en enkele schapen die zoveel vacht hebben dat je niet goed kunt zien wat de voor- en wat de achterkant is. Maar een zwarte beer? Dat is een heel ander verhaal…
Mijn collega en ik besluiten met de inspecteur mee te gaan om poolshoogte te nemen. Kort overleggen we wat onze rolverdeling zal zijn als we de beer aantreffen en hoe we het beest gaan benaderen. We vragen ons bezorgd af wie ons eventueel zal kunnen bijstaan mocht het uit de hand lopen en het beest agressief wordt.
Dan rijden we naar de aangewezen boerderij, gevolgd door de inspecteur. De man is aangenaam verrast dat twee dienders zich direct zich zo daadkrachtig tonen.
Voorzichtig rijden we het erf op, met het autoraam op een kiertje. Behalve de bok met één hoorn, de wollige schapen en de ezel met het hangend oor zien we nergens een zwarte beer.
Ik draai het autoraampje verder naar beneden en vraag aan de inspecteur waar hij die beer dan heeft gezien. “Kijk daar! Hij ligt in dat weiland”. Daarbij wijst hij naar een joekel van een varken, dat lekker ligt te luieren in het zonnetje.
‘Maar dat is toch geen beer?’ weet ik in mijn naïviteit nog uit te brengen. ‘Jawel’, zegt de inspecteur. ‘Die beer had allang geregistreerd moeten zijn. De eigenaar van dat beest is zwaar in overtreding.’
Op dat moment valt bij ons het kwartje. Een mannetjesvarken heet natuurlijk ook een beer. Bulderend van het lachen, rijden we het erf af, de inspecteur verbijsterend achterlatend.