Sarah Kolenberg (40) was zwanger van een drieling toen ze in augustus 2017 met zwaar geweld om het leven werd gebracht.
Maar moordverdachte Jayson D. (49) is niet de biologische vader van de ongeboren kinderen. Dat verklaarde advocaat Umut Ural vandaag tijdens een regiezitting in de rechtbank in Almelo, waar een deel van het strafdossier is besproken.
Jason D. (49) komt uit Suriname, is getrouwd en heeft twee kinderen. Hij had een affaire met Sarah. Rond de tijd dat zij ontdekte dat hij getrouwd was, ontdekte Sarah ook dat ze zwanger was. Jason zou twee dagen de tijd hebben gekregen om contact op te nemen met Sarah, anders zou zij naar zijn vrouw stappen.
Volgens justitie zou Jason Sarah hebben verzocht abortus te laten plegen. Zaterdagmorgen 26 januari vorig jaar zou hij bij Sarah op bezoek zijn geweest. Volgens zijn advocaat was dit om de relatie te verbreken. Ook heeft Jason toen alle chats met haar gewist.
Liggend in een plas bloed
Een dag later was Sarah door vriendinnen aangetroffen, liggend in een plas bloed, in haar huis aan de Tubantiastraat in Enschede. Haar huis was overhoop gehaald. Ook de telefoon en laptop van Sarah zijn spoorloos verdwenen.
Volgens justitie is Jason, die woont in Enschede, een ’player’ die de afgelopen jaar met tientallen vrouwen seksuele relaties zou hebben gehad. Daarbij deed hij zich voor als de piloot Marciano.
Een druppel bloed van Kolenberg die tijdens onderzoek in zijn auto is gevonden, zou in de bekleding zijn gekomen tijdens een wilde vrijpartij. Een schoenspoor in een plas bloed voldoet volgens het OM aan de schoenmaat van Jayson D., maar volgens zijn advocaat klopt dat niet.
Gegevens Google
In eerste instantie wilde Jason niet de gegevens van zijn Google-account geven. Aan de hand daarvan kan justitie bepalen waar D. allemaal is geweest. Inmiddels heeft hij deze info wel gegeven.
Die bewuste zaterdagmiddag 26 januari 2017 werd Jason winkelend gefilmd in de binnenstad van Enschede met zijn vrouw.
Inhoudelijk
De rechtbank streeft ernaar om de moordzaak tegen Jayson D. op 25 mei inhoudelijk te behandelen.